Eerstelijns­zorg

Huisartsen en zorgverzekeraars maken nieuwe afspraken MTVP

Het anders werken in de praktijk met de mogelijkheid voor het nemen van meer tijd in de spreekkamer, is vanaf januari 2025 structureel verankerd in de basiszorg van huisartsen. Meer Tijd voor de Patiënt (MTVP), het landelijk programma dat in ongeveer een jaar tijd is uitgerold bij de huisartsen, wordt dan voor de huisarts structureel bekostigd. De brancheorganisaties in de huisartsenzorg en van de zorgverzekeraars hebben nieuwe afspraken gemaakt om MTVP verder door te ontwikkelen.

Arts en patient in gesprek

Huisartsen krijgen deze ruimte voor passende consulten sinds de invoering van MTVP betaald uit innovatiemiddelen, vanuit het zogeheten segment 3 (S3). Vanaf 1 januari 2025 wordt MTVP een vast onderdeel van de basishuisartsenzorg en voor de huisarts betaald uit de basiszorg, het zogeheten segment 1 (S1). De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft dit aangekondigd.

MTVP onderdeel basiszorg
Dat MTVP straks standaard onderdeel is van de basiszorg geeft een blijk van vertrouwen in de effectiviteit en noodzaak van het programma, vinden de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), InEen, Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen (VPH) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN). Ze hebben nieuwe bestuurlijke afspraken gemaakt om de ontwikkeling kracht bij te zetten.

Lammert Hoeve (LHV): “Structurele financiering van MTVP in S1 was voor de LHV een essentiële voorwaarde om het IZA te ondertekenen. Het was een spannende exercitie en we zijn blij en trots dat het ons uiteindelijk is gelukt tot een goede oplossing te komen. Ik heb veel waardering voor de constructieve rol van de zorgverzekeraars hierbij. Ondertussen zien we nu al de impact van MTVP op het werk van de huisarts. Zij geven aan meer rust en ruimte te ervaren in hun praktijk en in gesprekken met patiënten.”

Kost gaat voor de baat uit
“Meer tijd voor de patiënt betekent dat we meer geld gaan uitgeven”, zegt Ton van Houten, bestuurder Zorgverzekeraars Nederland en bestuursvoorzitter Zorg en Zekerheid. “Maar wij denken dat de kost voor de baat uit gaat. Als huisartsen kunnen investeren in een goed gesprek met de patiënt, kan dat juist ook winst opleveren. Bijvoorbeeld door te zorgen dat een verwijzing naar de tweede lijn achterwege kan blijven. Of door samen met de patiënt tot de conclusie te komen dat een hulpvraag geen zorgvraag is, maar een vraag die in het sociaal domein kan worden opgelost.”

Nieuwe manier van werken
Bij aanvang van MTVP hebben de zorgverzekeraars en de zorgaanbieders een zogeheten leidraad opgesteld, waarin ze afspraken hebben gemaakt over een nieuwe manier van werken in de huisartsenpraktijk. Behalve de mogelijkheid voor langere consulten voor patiënten die dat nodig hebben, behelst deze onder meer ook het voeren van het goede gesprek en samenwerking met lokale zorgnetwerken. De regionale huisartsenorganisaties ondersteunen de huisartsen bij de implementatie van deze interventies. In de leidraad zijn afspraken gemaakt voor een adequate doorontwikkeling van MTVP in de huisartsenpraktijk.

Afspraken verlengd tot en met 2028
De afgesproken doelstellingen (verbeterde kwaliteit en toegang, vermindering van het aantal consulten per patiënt, verbeterde patiënttevredenheid en werkplezier, beheersing van de zorgkosten) blijven tot en met 2028 gelden. Gedurende deze tijd gaan de partijen monitoren hoe het gaat en ook kijken of de aanpak om die doelstellingen te halen bijstelling behoeft.

 

Uitgelichte artikelen

Bekijk alle berichten
Den Haag, 02-09-2024, Ondertekening van het convenant Medisch Generalistiche Zorg, ouderenzorg, gehandicaptenzorg en langer thuiswonen.
Langdurige zorg

Convenant: betere toegang Medisch Generalistische Zorg

Op 2 september 2024 is het Convenant Medisch Generalistische Zorg (MGZ) ondertekend op het ministerie van VWS. Met dit Convenant borgen ActiZ, InEen, LHV, NVAVG, Verenso, VGN en Zorgverzekeraars Nederland de beschikbaarheid en toegankelijkheid van MGZ voor mensen met een indicatie voor langdurige zorg (Wlz). Het initiatief voor dit convenant is genomen tegen de achtergrond van ontwikkelingen als toenemende vergrijzing, groeiende zorgvraag, tekorten aan artsen en andere professionals in de zorg- en welzijnssector.

Molen met medicijnen in de apotheek
Eerstelijns­zorg

Zorgverzekeraars verlagen de administratieve lasten voor bijlage 2-middelen.

Zorgverzekeraars hebben besloten om per 1 september 2024 de ZN-formulieren te laten vervallen voor de SGLT2-remmers canagliflozine, dapagliflozine, empagliflozine en ertugliflozine én voor de DPP4-remmers linagliptine, saxagliptine, sitagliptine, vildagliptine. De afschaffing geldt voor alle patiënten die deze geneesmiddelen op of na 1 september 2024 met een recept komen afhalen in de apotheek.

Ziekenhuisgang waarin een ziekenhuisbed wordt geduwd door een verpleegkundige.
Medisch specialistische zorg

Zorgverzekeraars: samen zoeken naar oplossingen seh’s en ziekenhuiszorg

Door het tekort aan arbeidskrachten, de toenemende zorgvraag door vergrijzing en de hoge(re) kwaliteitseisen komen in diverse regio’s de medisch specialistische zorg en spoedeisende hulp (seh’s) van ziekenhuizen in de regio onder ernstige druk te staan. In sommige regio’s, zoals Limburg en Friesland, zijn deze ontwikkelingen actueel. In alle regio’s zijn ziekenhuizen, zorgverleners, gemeenten en zorgverzekeraars in gesprek om de zorg anders te organiseren.

Bekijk alle berichten